Financiering

Financiering

Terug naar navigatie - Financiering

Deze paragraaf bevat de beleidsvoornemens voor het risicobeheer van de financieringsportefeuille. De paragraaf is daarmee een belangrijk instrument voor het sturen, beheersen, verantwoorden van en toezicht houden op de financieringsfunctie. In het "Treasurystatuut 2015-2018" zijn onder andere

  • de organisatie van het opstellen van het treasurybeleid, 
  • de planning & control-cyclus, 
  • de organisatie van de uitvoering van treasury-activiteiten en 
  • de interne en externe controle

 

 geregeld.

De gemeente verkeert permanent in de situatie van financieringsbehoefte. Dit houdt verband met het stelsel van baten en lasten, waarbij investeringen worden geactiveerd en de lasten in de vorm van rente en afschrijving ten laste van de exploitatie worden gebracht. De investeringsuitgaven moeten gedurende de periode van afschrijving gefinancierd worden. Daarnaast ontstaat een financieringsbehoefte door het in de tijd achterlopen van de inkomsten bij de uitgaven. Voor de financieringsbehoefte worden leningen afgesloten. Door het aantrekken van geld van derden ontstaat een schuldpositie. De gemeente moet de leningen aflossen en betaalt gedurende de looptijd van de lening rente. Gemeenten zijn bij deze financieringswijze gehouden aan twee normen uit de wet Fido: de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.

Kaders

Terug naar navigatie - Kaders
  • Wet FIDO (Financiering Decentrale Overheden)
  • BBV 2017 (Besluit Begroting en Verantwoording)
  • Financiële verordening art 212 Gemeentewet
  • Treasurystatuut 2015-2018 gemeente Horst aan de Maas (Raadsbesluit 02 dec 2014)
  • Wet Houdbare Overheidsfinanciën

 

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Bij de gemeentelijke financiering voldoen we aan wettelijke kaders en vastgestelde gemeentelijke verordeningen

Terug naar navigatie - Bij de gemeentelijke financiering voldoen we aan wettelijke kaders en vastgestelde gemeentelijke verordeningen

Bij de gemeentelijke financiering voldoen we aan wettelijke kaders en vastgestelde gemeentelijke verordeningen.

Zo gaan we dat doen

We geven inhoud aan de gemeentelijke bijdrage in het terugdringen van het EMU-tekort.

Terug naar navigatie - We geven inhoud aan de gemeentelijke bijdrage in het terugdringen van het EMU-tekort.

De Europese afspraken over de beheersing van de schuldenlast en het begrotingstekort (vervat in de term EMU-tekort) zijn in de wet Houdbare Overheidsfinanciën vertaald. De wet bevat regels om te waarborgen dat het begrotingstekort binnen de perken blijft. Gemeenten moeten een gelijkwaardige bijdrage leveren in het terugdringen van het EMU-tekort.

 

Zo gaan we dat doen

Tabellen Paragraaf D: Financiering

Terug naar navigatie - Tabellen Paragraaf D: Financiering

Kasgeldlimiet

Kasgeldlimiet

3e kw 2015

4e kw 2015

1e kw 2016

2e kw 2016

Omschrijving

Bedragen

Bedragen

Bedragen

Bedragen

Vlottende korte schulden

 

 

 

 

Opgenomen gelden < 1 jaar

€     11.000.000

€     19.000.000

€       27.000.000

€         2.500.000

Schuld in rekening courant

€                   -

€                   -

€                       -

€                       -

Gestorte gelden door derden < 1 jaar

€                   -

€                   -

€                       -

€                       -

Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld

€                   -

€                   -

€                      -

€                       -

Totaal vlottende korte schulden

€   11.000.000

€   19.000.000

€     27.000.000

€       2.500.000

Vlottende middelen

 

 

 

 

Contante gelden in kas

€             10.190

€               5.861

€               6.352

€               8.643

Tegoeden in rekening courant

€       3.679.405

€           336.608

€         5.319.657

€         4.930.169

Overige uitstaande gelden < 1 jaar

€                      -

€                   -

€                       -

€                       -

Totaal vlottende middelen

€     3.689.595

€         342.469

€       5.326.009

€       4.938.812

 

 

 

 

 

Totaal netto vlottende schuld (1-2)

€     7.310.405

€   18.657.531

€     21.673.991

€       2.438.812-

Kasgeldlimiet

 

 

 

 

Begrotingstotaal (oorspronkelijke begroting)

€     94.606.000

€     94.606.000

€       91.041.000

€       91.041.000

Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage

8,50%

8,50%

8,50%

8,50%

Kasgeldlimiet: (4 X 5 / 100)

€     8.041.510

€     8.041.510

€       7.738.485

€       7.738.485

 

 

 

 

 

Ruimte onder kasgeldlimiet (4-3)

€         731.105

€                   -

€                       -

€     10.177.297

Overschrijding van de kasgeldlimiet (3-4)

€                   -

€   10.616.021

€     13.935.506

€                       -

 

Financieringspositie

Financieringspositie

 

 

 

2016

2017

2018

2019

2020

Vaste activa

€     115.770.357

€     112.711.927

€     109.702.452

€     108.604.471

€     103.218.914

Grondexploitatie

€       17.193.917

€       11.734.146

€         8.668.162

€         6.752.489

€         3.662.705

Totaal vaste activa

€     132.964.274

€     124.446.073

€   118.370.614

€   115.356.960

€   106.881.619

Eigen vermogen

€       51.036.399

€       39.506.277

€       39.112.873

€       38.502.328

€       37.201.202

Voorzieningen

€       16.315.709

€       12.895.438

€         9.475.461

€         9.008.468

€         9.182.822

Vreemd vermogen

€       49.717.240

€       59.684.542

€       53.902.874

€       48.228.230

€       43.960.412

Totaal vermogen

€     117.069.348

€     112.086.257

€   102.491.208

€     95.739.026

€     90.344.436

 

 

 

 

 

 

Financieringstekort

€   -15.894.926

€   -12.359.816

€     -15.879.406

€     -19.617.934

€     -16.537.183

 

 

 

 

 

 

Verhouding:

 

 

 

 

 

Eigen vermogen

43,60%

35,25%

38,16%

40,22%

41,18%

Vreemd vermogen

56,40%

64,75%

61,84%

59,78%

58,82%

Financieringstekort

-13,58%

-11,03%

-15,49%

-20,49%

-18,30%

 

Renterisiconorm en renterisico's vaste schuld

Renterisiconorm en renterisico's vaste schuld

 

 

 

 

 

Omschrijving

2017

2018

2019

2020

1a

Renteherziening op vaste schuld opgenomen gelden (o/g)

€                       -

€                     -

€                   -

€                   -

1b

Renteherziening op vaste schuld uitgeleende gelden u/g

€                       -

€                     -

€                   -

€                   -

2

Netto renteherziening op vaste schuld (1a-1b)

 

 

 

 

3

Betaalde aflossingen

€        5.781.668

€         5.674.644

€       4.267.818

€       4.161.196

4

renterisico op vaste schuld (2+3)

€       5.781.668

€       5.674.644

€     4.267.818

€     4.161.196

 

 

 

 

 

 

 

Renterisiconorm

 

 

 

 

5

Begrotingstotaal

 €  88.960.00

€  87.618.000 

€  88.070.000 

€  86.309.000 

6

Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage

20,00%

20,00%

20,00%

20,00%

7

Renterisiconorm

€                       -

€                     -

€                   -

€                   -

 

 

 

 

 

 

 

toets renterisiconorm

 

 

 

 

8

renterisiconorm (7)

€  17.792.000

€  17.523.600

€  17.614.000

€  17.261.800

9

renterisico op vaste schuld (4)

€  5.781.668

€  5.674.644

€  4.267.818

€  4.161.196

10

ruimte (+) c.q. overschrijding (-)

€       5.781.668-

€       5.674.644-

€     4.267.818-

€     4.161.196-

 

Emu-saldo 2016-2020

EMU-saldo 2016 - 2020

 

 

 

 

Omschrijving

2016

2017

2018

2019

2020

 

 

 

 

 

 

 

1

Exploitatiesaldo voor toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserve (zie BBV, artikel 17c)

 

 

 

 

 

+2

Afschrijvingen ten laste van de exploitatie

 

 

 

 

 

+3

Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie

€       4.335.147

€       6.671.119

€     5.461.280

€   5.406.731

€   5.406.731

-4

Uitgaven aan investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd

 

 

 

 

 

+5

De in mindering op onder 4 bedoelde investeringen gebrachte ontvangen bijdragen van het Rijk, de Provincies, De Europese Unie en overigen

 

€                     -

€                 -

€                 -

€               -

+6a

Verkoopopbrengsten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa

 

€                     -

€                 -

€                 -

€               -

-6b

Boekwinst op desinvesteringen in (im)materiële vaste activa

 

€                     -

€                 -

€                 -

€               -

-7

Uitgaven aan aankoop van grond en de uitgaven van bouw, woonrijp maken e.d.

€     6.531.079-

€       4.083.529-

€   1.455.079-

€ 1.754.167-

€   917.881-

+8a

Verkoopopbrengsten van grond (tegen verkoopprijs)

€     12.278.401

€       7.256.962

€     3.370.752

€   4.843.951

€   3.103.472

-8b

Boekwinst op grondverkopen

€                     -

€                     -

€                 -

€                 -

€               -

-9

Betalingen ten laste van de voorzieningen

€       7.755.417-

€     10.091.097-

€     5.928.272-

€   5.232.377-

€ 6.244.742-

-10

Betalingen die niet via de exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves worden gebracht en die nog niet vallen onder één van de andere genoemde posten

€                     -

€                     -

€                 -

€                 -

€               -

-11

Boekwinst bij verkoop van deelnemingen en aandelen

€               454-

€                     -

€                 -

€                 -

€               -

 

Berekend EMU-saldo

€     2.326.598

€         246.545-

€     1.448.681

€   3.264.138

€   1.347.580

 

Renteschema / berekening

Renteschema: Begroting 2017 vernieuwing BBV notitie rente juli 2016

 

 

 

 

 

 

Omschrijving

2017

2018

2019

2020

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.

De externe rentelasten over de korte en lange financiering

€     1.901.812

 

€     1.904.945

 

€     1.921.841

 

€     1.743.557

 

b.

De externe rentebaten (idem)

€       -301.274

 

€       -243.435

 

€       -240.509

 

€       -229.822

 

 

Saldo rentelasten en rentebaten

€     1.600.538

 

€     1.661.510

 

€     1.681.332

 

€     1.513.735

 

c.1.

De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend

€       -172.626

 

€       -118.912

 

€       -89.417

 

€       -93.333

 

c.2.

De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend

€               -  

 

€               -  

 

€               -  

 

€               -  

 

c.3.

De rentebaat van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is aangetrokken (=projectfinanciering), die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend

€       146.399

 

€       140.060

 

€       133.528

 

€       126.799

 

 

 

€       -26.227

 

€         21.148

 

€         44.112

 

€         33.465

 

 

Aan taakvelden toe te rekenen externe rente

€     1.574.311

 

€     1.682.658

 

€     1.725.443

 

€     1.547.200

 

d1.

Rente over het eigen vermogen

€               -  

 

 

 

 

 

 

 

d2.

Rente over de voorzieningen (die tegen CW gewaardeerd zijn)

€               -  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente

€     1.574.311

 

€     1.682.658

 

€     1.725.443

 

€     1.547.200

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

e.

De aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag)

€     1.690.679

-/-

€     1.645.537

-/-

€     1.629.067

-/-

€     1.548.284

-/-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

f.

Renteresultaat op het taakveld treasury

€       -116.368

+/+

€         37.122

+/+

€         96.376

+/+

€         -1.083

+/+