1. Benodigde weerstandscapaciteit voor algemene risico’s
Naast de hoogte van de ARGE is het noodzakelijk ook voor de algemene risico’s de benodigde weerstandscapaciteit te bepalen.
De totale omvang van de geïnventariseerde algemene risico’s bedraagt € 44.172.501. Dit betekent dat als alle risico’s zich in volle omvang tegelijk voordoen dit naar verwachting € 44,2 miljoen gaat kosten. Hierbij is geen rekening gehouden met de waarschijnlijkheid (kans) dat het risico zich voordoet.
De benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald met behulp van een risicosimulatie, de zogenaamde Monte Carlo-simulatie (statistische simulatie). Uitgangspunt hierbij is dat de risico’s zich nooit allemaal tegelijk voordoen en niet met een maximale omvang optreden. Daarnaast is in de Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen (16 september 2014) het uitgangspunt vastgesteld dat we 90% zekerheid willen hebben dat het beschikbare weerstandsvermogen toereikend is om de risico’s af te dekken. Dit wordt het zekerheidspercentage genoemd.
Uitgaande van het vastgestelde zekerheidspercentage van 90% moet de benodigde weerstandscapaciteit voor de algemene risico’s minimaal € 4.681.501 zijn. Dit wil zeggen dat met een zekerheid van 90% kan worden gesteld dat een weerstandsvermogen van € 4,7 miljoen toereikend is om de risico’s af te dekken.
b. Beschikbare weerstandscapaciteit
Om de risico’s op te kunnen vangen is het van belang dat de gemeente een buffer heeft die hiervoor voldoende is. Dit is de zogenaamde weerstandscapaciteit. Weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten, die onverwacht en substantieel zijn, te dekken. Daarvoor komen de volgende onderdelen in aanmerking:
- Vrij besteedbare reserves: de vrij besteedbare reserves bestaan uit de ‘Algemene reserve vrij aanwendbaar’ en de ‘Algemene reserve winst verkoop aandelen Essent’.
- Post onvoorzien: vanaf 2014 is hiervoor in de begroting een bedrag van € 50.000 structureel opgenomen.
- Stille reserves: de gebouwen en gronden die de gemeente in bezit heeft vertegenwoordigen een zekere waarde. Wanneer de marktwaarde hoger is dan de boekwaarde is er sprake van stille reserves. Daarbij moet in acht worden genomen dat niet ieder eigendom (op korte termijn) kan worden verkocht.
- De omvang van de stille reserves is bij de Programmabegroting 2013 in beeld gebracht en bedroeg toen circa € 57 miljoen (exclusief pachtgronden).
c. Benodigde weerstandscapaciteit versus beschikbare weerstandscapaciteit
Bij de vaststelling van de nota Reserves en voorzieningen is de algemene reserve basis ingesteld. Deze algemene reserve basis is in het kader van het weerstandsvermogen aangemerkt als 'vaste buffer' en blijft in principe altijd in stand. Hij wordt alleen in echte noodgevallen aangesproken.
Ook is in de nota aangegeven dat de hoogte van de algemene reserve basis wordt bepaald door een werkend systeem van risicomanagement. Nu de risico’s binnen de organisatie zijn geïnventariseerd, gekwantificeerd en geactualiseerd, is het mogelijk de hoogte van de algemene reserve basis te bepalen. Dit betekent verder dat de overige reserves, namelijk de algemene reserves vrij aanwendbaar, winst verkoop aandelen Essent en stille reserves in principe vrij besteedbaar zijn. Uiteraard na besluitvorming door de raad en met structurele rentelasten tot gevolg. Een verdere aanwending van deze reserves staan wij overigens niet voor, omdat dit de financiële weerbaarheid van de gemeente Horst aan de Maas kan aantasten.
Om te bepalen in hoeverre het weerstandsvermogen toereikend is, wordt de ratio weerstandsvermogen berekend. De berekeningswijze hiervan is als volgt:
Ratio weerstandsvermogen = Beschikbare weerstandscapaciteit / Benodigde weerstandscapaciteit |
Bij de Begroting 2016 is de benodigde weerstandscapaciteit in de Algemene reserve basis gehandhaafd op € 6,6 mln.
De ratio is nu € 6.633.666 / € 4.681.501 = 1,42. Dit is net boven de bovengrens van dan de gestelde norm van 1,0 – 1,4.
Uitgaande van een ratio van minimaal 1,0 is de algemene reserve basis ruim voldoende. In onderstaande tabel zijn de verschillende weerstandsnormen toegelicht.
Weerstandsnorm
|
Waardering
|
Ratio
|
Betekenis
|
|
|
|
A
|
> 2,0
|
Uitstekend
|
B
|
1,4 - 2,0
|
Ruim voldoende
|
C
|
1,0 - 1,4
|
Voldoende
|
D
|
0,8 - 1,0
|
Matig
|
E
|
0,6 - 0,8
|
Onvoldoende
|
F
|
< 0,6
|
Ruim onvoldoende
|
|
|
|
Bij de begroting 2016 is de algemene reserve basis gehandhaafd op een bedrag van € 6.633.666. Deze reserve is derhalve ruim voldoende om de toekomstige risico’s op te vangen. Omdat het ratio net boven 1,4 zit, zou de algemene reserve basis verlaagd kunnen worden ten gunste van de algemene reserve vrij aanwendbaar. Als we uitgaan van de bovengrens van 1,4 dan zou de algemene reserve basis kunnen afnemen met een bedrag van € 58.921, tot een bedrag van € 6.574.745. Voorgesteld wordt om de algemene reserve te laten afnemen met € 58.921 ten gunste van de algemene reserve vrij aanwendbaar, waarmee het ratio op 1,4 uitkomt.